Een swingtipdag aan het Gelders Diep, in de woonplaats van Ernst, dat was het idee. Lolle zou ook mee en naarmate de geplande dag dichterbij kwam, schoven andere vismaten aan en haakten ook weer af.
Het was heel jammer te horen dat Lolle vanwege gezondheidsredenen op het laatst ook moest afhaken. Beterschap, Lolle, we hebben je gemist maar een volgende keer gaan we zeker niet zonder jou op stap!
|
De stek |
In het boek "Vissen met quiver- en swingtip" van Jan Schreiner staat vanaf bladzijde 107 een aardig stukje over het Gelders Diep te lezen. Ik citeer de eerste regels: "Eveneens in Flevo-land stroomt brede vaart die naar ik meen het Gelders Diep heet. Stroomt is niet het juiste woord want het Gelders Diep staat verwegend stil.Deze vaart staat via-via in verbinding met het IJsselmeer en er komen zeer grote brasems in voor. [...] Het zijn gave, mooi gekleurde vissen die behoorlijk veel fut bezitten en daarom als waardige partners kunnen worden beschouwd."
Dit als uitgangspunt nemend gingen Ernst en ik aan de slag! De eerste stek bracht ons direct in de problemen vanwege de grote plakkaten hoornblad die langs dreven. Dat is niet prettig als je op afstand vist met licht materiaal. We vingen een paar voorntjes en Ernst verloor zijn vangst bijna aan een snoek die aan de kant lag te wachten totdat de voorn binnengehaald werd. We besloten een stuk verderop te gaan zitten, waar het schoner leek.
|
Fijn vissen met perfecte hengels |
Alleibei visten we met de Fair Play Cobold Light swingtiphengel; Ernst een war ouder exemplaar (jaren '80?) en ikzelf met die nieuwe Cobold Special die ik dit jaar kocht. Beide begonnen we met de swingtip, Ernst had er één van 35cm en ikzelf gebruikte de standaard 40cm tip. Ernst schakelde later over op een heel licht quivertipje.
|
Ernst in zijn element |
We vingen allebei wel vis, maar het bleken overwegend kleine exemplaren te zijn. Voorns, een klein brasempje, zelfs baars kregen we aan de haak. We dachten aan wat Jan Schreiner in het hierboven geciteerde stukje schreef over moeilijke aanbeten en hoe verandering van materiaal en aasgrootte soms verandering bracht. Maar één made op haakje twintig of vijf stuks op een haak 12 bleek geen verschil te maken.
Toen we zo'n beetje uitgeëxperimenteerd waren, kwam er tòch nog grote vis op de stek. Ernst haakte een vis die de hengel flink deed doorbuigen en een mooie dril gaf. Een prachtig gekleurde brasem gleed in het net en bevestigde wat Jan Schreiner had geschreven: hier komen héle grote brasems voor!
|
Een puntgave brasem van 62cm aan de lichte swingtiphengel en 12/00 Stilon: Topsport! |
Het exemplaar poseerde gewillig en mocht de vrijheid weer in. Niet heel veel later haakte ikzelf ook een grote brasem maar die schoot helaas weer los tijdens de dril. Ook op deze stek dreef steeds meer hoornblad voorbij, maar dan in onzichtbare plakkaten onder water. We verloren veel vissen die zichzelf vast zwommen in dit groen en zodoende losschoten. Zo ook deze brasem. Jammer! Gelukkig had ik een tijdje later een herkansing en mocht ook op de foto met een prachtige brasem. Heerlijk om zulke flinke vissen te landen op licht materiaal.
|
Een mooie brasem van 55cm op de lichte swingtiphengel |
De enige grote vis die daarna nog werd gehaakt was voor Ernst en was ongetwijfeld een flinke karper.Het leek even een spectaculaire en langdurige dril te worden maar ook deze vis schoot weer los toen hij door het groen heen zwom. Er zit dus óók karper!
We eindigden de dag met een vriendschappelijk afscheid. Het was een prachtige dag!